Hoe deze tour door een township indruk op je maakt

17 augustus 2018

Vandaag hebben we ons vrijwilligersproject in Port Elizabeth; in een township.

We wilden dit heel graag doen, om een heel klein beetje iets terug te kunnen doen. Wij zijn in de gelukkige omstandigheid dat we deze reis kunnen maken, en willen ook iets meer te zien krijgen van het echte leventje in een township in Zuid-Afrika, en een druppeltje op de gloeiende plaat meehelpen.

Maar eerst nog even over de afgelopen dagen.

De rit vanuit Lesotho is prima verlopen. Na het ontbijt in de lodge, zijn we op pad gegaan voor een rit van ongeveer 3,5 uur naar Aliwal North. We zijn de grens met Zuid-Afrika op een andere plek gepasseerd als dat in de reisbeschrijving stond. Een onverhard pad met gaten, kuilen en stenen van 26 km leidt ons naar de grens; 2 gebouwen met 2 slagbomen in the middle of helemaal niets….

In het eerste gebouw moeten we onze paspoorten laten zien en krijgen we de stempels als bewijs dat we Lesotho uitgaan. Het interieur in dit gebouw bestaat uit een tafel waarachter 2 mensen zitten. Eén doet helemaal niets, de andere schrijft een aantal dingen op zoals nummerbord, hoeveel personen er passeren en 1 nummer van een paspoort. Daarna stempelt ze alle paspoorten en mogen we de 1e slagboom door. Dan door naar het volgende gebouwtje waar ze ons opwachten. Dat is 5 meter verder he.

Als we voor het 2e gebouwtje staan, komt de ambtenaar naar buiten omdat de auto de volgende slagboom door moet. Daarna gaat ze verder met de formaliteiten: gegevens noteren, kopietjes maken en stempelen. We mogen door naar Zuid-Afrika. Heel bijzonder om te zien hoe dat hier gaat.

Rond 14.00 uur komen we aan in Aliwal North, een klein stadje waar niet veel te beleven is. We logeren in een lodge net buiten het stadje: een farm waar nog minder te beleven is. De kamers zijn redelijk koud, maar gelukkig is het buiten warmer met de zon. Helaas is Rutger ziek geworden; erg last van z’n keel, koortsig en hij gaat zn bed in. Gretha besluit lekker om buiten in de zon te gaan zitten, terwijl de anderen het stadje ingaan om een lunch te pakken. We hebben besloten om ’s avonds in de lodge te blijven eten omdat er in het stadje weinig alternatieven zijn. Eind van de middag, als de zon weg trekt, wordt het steeds frisser. We kunnen binnen zitten, maar zitten dan in het eetgedeelte van de lodge waar het mogelijk nog frisser is. Gelukkig wordt er een heater geregeld: een heel klein elektrisch kacheltje wat de ruimte met moeite behaaglijk maakt. Er is 1 andere gast; een Zuid-Afrikaan die, als ie eenmaal gaat kletsen nooit meer ophoudt. Hij voegt zich met het avondeten bij ons aan tafel en we hebben de rest van de avond naar zijn verhalen geluisterd. Hij kan boeiend vertellen over het land, Kruger en over zijn avonturen in de bush. Zijn laptop komt zelfs op tafel om ons foto’s te laten zien. Erg gezellig en een genoeglijke afwisseling.

Na een vrij koude nacht vertrekken we rond 9 uur voor onze trip naar Port Elizabeth. Dit wordt een echte reisdag want de afstand is ongeveer 500 kilometer. Dat heb je in zulke landen waar je veel wilt doen: de afstanden zijn hier groot en dat zijn wij in Nederland helemaal niet gewend. Maar vrij lange reisdagen heb je er gewoon tussen zitten. Blik op oneindig, verstand op nul en gaan. Het is 1 lange rechte weg naar het zuiden.

Rond 2 uur halen we een lunch bij een soort wegrestaurant zodat we het laatste stukje van de reis met een redelijk volle maag kunnen overbruggen. Om half 5 komen we aan bij onze lodge, vlakbij de boulevard van Port Elizabeth. Dit is een hele grote stad en wij zitten in een soort buitenwijkje.

Omdat Rutger behoorlijk last heeft van zijn keel en wij een keelontsteking vermoeden, vragen we bij de eigenaar of er een dokter in de buurt is. Er zijn hier diverse (lees: heel veel) klinieken voor van alles en nog wat. Zij maakt een afspraak om half 7 bij een goed aangeschreven dokterskliniek die vanaf 18.00 uur open is. Vergelijk dit met de huisartsenpost die wij kennen, alleen mag je hier direct na je bezoek aan de dokter, met je creditcard aftikken. Inderdaad blijkt Rutger keelontsteking te hebben, en moet hij aan een antibioticakuur. Op naar een apotheek. Dat is best een feestje om in het donker te vinden, maar uiteindelijk lukt het ons. Deze apotheek is 365 dagen per jaar open, van ’s morgens vroeg tot 22.00 uur in de avond. Als we alle medicatie hebben, gaan we op zoek naar ons restaurant waar voor ons een tafel is gereserveerd. Een prima tentje, met heel veel tafels, heel veel mensen die heel veel lawaai produceren. Maar het eten is heerlijk, en na zo’n dag smaakt het biertje of het wijntje heerlijk.

Na een goede nacht is het dan dus zover dat we een bezoek gaan brengen aan een township. Rutger is nog niet genoeg opgeknapt om mee te gaan (helaas) en besluit in de lodge te blijven. Het is een regenachtige dag en ook gezien om mogelijk kinderen te besmetten, lijkt dit toch beter.

Om 9 uur melden we ons bij een ontmoetingsplek waar we opgewacht worden door onze gids van vandaag, Celia. Van daaruit gaan we met haar en Lloyd, de sport coördinator richting de township.

Door het Izizwe Project wordt een groot aantal projecten in de township georganiseerd om zodoende, met name de kinderen, te helpen aan een betere toekomst. Er leven ongeveer 80.000 mensen in deze township. Dat is tenminste de telling die ze hebben kunnen doen; er zullen nog meer mensen, die niet bekend zijn, hier leven. De regering probeert wel veel te doen voor de mensen die hier wonen. Zo worden er huizen voor de mensen gebouwd, de zogenaamde ‘Nelson-Mandela-huisjes’, maar helaas moeten heel veel mensen heel lang wachten totdat ze een huis kunnen krijgen. Sommige wijken in de township zijn echt heel arm, en daar bestaan de huisjes uit niet veel meer dan wat golfplaten. Als het hard regent, staat daar de vloer blank.

Er zijn in deze township een groot aantal crèches waar de hele kleintjes worden opgevangen. Een groot aantal kindjes zal wees zijn of ouders hebben die verslaafd of ziek zijn. Zij worden opgevangen door zogenaamde ‘mamma’s’.

Als wij bij een crèche komen, zien we een aantal kindjes buiten spelen. Nu moet je je geen groot grasveld voorstellen: het is een plaatsje van 3x3 meter waar rond de 15 kindjes van jonger dan 3 jaar spelen met ballen en wat hoepels. Binnen zitten een paar mamma’s met hele kleintjes die nog niet naar buiten mogen. De binnenruimte is niet veel groter dan de buitenspeelplaats, maar als het gaat regenen, komen alle kindjes naar binnen. Ze gaan rustig zitten tegen de muur en wachten verder af wat komen gaat.

Op de crèches in deze township worden kindjes opgevangen en krijgen ze al een beetje les in de Engelse taal. Op die manier proberen ze de kindjes al wat te leren.

Je hebt de neiging om alle kindjes mee te nemen in je auto, maar dat doen we toch maar niet. We rijden verder en onderwijl vertelt Celia ons van alles over het leven hier. Er zijn een groot aantal nationaliteiten te vinden hier. Mensen komen vanuit allerlei landen in Zuid-Afrika om hier een beter leven op te bouwen, maar soms valt dat tegen en komen ze in de townships terecht. Sommige mensen huren of kopen containers en beginnen daarin een bedrijfje. Die containers zie je op sommige plaatsen in de township staan. Ze beginnen daar bijvoorbeeld een kappersbedrijfje in en proberen zodoende wat brood op de plank te krijgen.

We rijden naar een volgende crèche. Deze kindjes lijken iets groter, en hebben een iets grotere ruimte. Veel kindjes moeten even de kat uit de boom kijken, maar anderen komen direct naar je toe. De kindjes hier krijgen ook les in bijvoorbeeld tanden poetsen, en andere primaire behoeften. Hier doen we stoelendans, iets wat de kinderen geweldig vinden. Al dansend bewegen we ons langs de stoelen en we merken al gauw dat de kindjes gehaaid zijn om de stoelen te vinden als de muziek stopt. Ze wurmen zich er tussen en veroveren de stoeltjes zodat we 1 voor 1 afvallen. Sjors en Mark houden het langst stand, maar moeten de finale toch ook aan 2 plaatselijke kindjes overlaten.

Ook hier probeert de regering goed voor de mensen te zorgen. Zo proberen ze het vuilnis op te halen, maar Celia vertelt ons dat de mensen hier niet altijd de juiste mentaliteit hebben en het vuil neergooien waar ze lopen. Zodoende is er overal zwerfafval en daar doen de vele honden die hier lopen zich te goed aan. De regering helpt waar ze kan, maar het is ook aan de mensen om er iets goeds mee te doen.

Ook hier is een ziekenhuis waar mensen naar toe kunnen zonder iets te hoeven te betalen. Het enige is dat je ontzettend veel geduld moet hebben als je bij het ziekenhuis belandt; 5 uur wachten voordat je behandelt kan worden is niks. En ik vond gisteren 10 minuten wachten al frustrerend…..

Zo rijden we rond in de township en laat Celia ons alle interessante plekken zien. We komen in een heel arm gedeelte, waar nog geen zogenaamde ‘Nelson-Mandela-huisjes’ staan. De mensen hier hebben geen stromend water en geen elektriciteit in hun huisjes. De regering heeft op een gegeven moment wel kunnen regelen dat er ’s nachts licht was in deze wijken, maar er is veel gevaar voor brand hierdoor. Het afgelopen jaar zijn er al veel huisjes in vlammen opgegaan.

Als laatste stoppen we bij een primair school, een lagere school. Het onderwijs hier is gratis, en dus toegankelijk voor de meeste kinderen. Het Izizwe Project heeft ook projecten voor ouders. Moeders die eerst helemaal niets kunnen, wordt bijvoorbeeld geleerd hoe zij hun eigen handtekening kunnen zetten zodat zijzelf iets kunnen regelen. Voordien zetten zij letterlijk een kruisje als handtekening en deze vrouwen zijn hartstikke trots als zij zoiets geleerd hebben.

Er wordt door het Izizwe Project veel aan sport gedaan in de township en op de scholen. Ook in de vakantie organiseren zij sportdagen. Heel belangrijk is dat zij kinderen zwemles geven zodat er minder verdrinkingen zijn.

Op de school waar wij aankomen, zijn de lessen helaas net afgelopen, maar de kinderen hebben zich verzameld in een grote hal. Als eerste gaan we toch even een kijkje nemen in 2 lokalen. Hier krijgen de kinderen ook direct les in Engels, zodat zij al heel snel en op vroege leeftijd deze taal machtig zijn. Waar wij de krijtborden hebben weggedaan, doet het hier nog dankbaar dienst. Er is een soort van poppenhoek gecreëerd en overal aan de wand hangen platen met allerlei pictogrammen over hoe we met elkaar omgaan, en hoe we de handen moeten wassen.

Daarna gaan we naar de grote hal waar de kindjes aan het dansen en zingen zijn. Al snel komen ze los en komen ze naar ons toe. En als je dan je mobiel tevoorschijn haalt, gaan ze los. Ze vinden het geweldig om met je op de foto te gaan, en heel vaak moet je jezelf zoeken op de foto. Ze wurmen zich er gewoon tussen, springen op je rug en proberen zelf de camera te bedienen. Eén meisje die zich heel erg opdringt, is zeer geïnteresseerd in onze sieraden en probeert zelfs mijn trouwring af te krijgen. Oppassen dus.

Alle kinderen willen opgetild worden en al snel zijn we aan het tillen dat het een lieve lust is. Sommige kindjes springen met je mee, anderen lijken een blok beton als je ze optilt. Het is een complete chaos en na een minuut of 10 moeten we ons echt losmaken van alle kindjes die op je nek zitten, aan je been hangen of anders tegen je aan springen.

Rond 12 uur komen we aan bij het kantoor van de organisatie; een soort container waar een tafel staat, en waar ze de sportspullen hebben opgeslagen. Vandaaruit wordt er gewerkt. Er zijn ook veel vrijwilligers die hier komen. Sommigen zijn er 3 weken, anderen een heel jaar. Zij helpen mee met allerlei projecten die hier opgezet worden.

In dit kantoor geven we een aantal spulletjes die we hebben meegenomen: een paar voetbal- en atletiekshirtjes, pennen en wat papier. Hopelijk kunnen ze hier iets goeds mee doen. Ook doneren we nog wat geld om de projecten te ondersteunen. Zoals gezegd een druppel op de bekende gloeiende plaat, maar ze zijn er ontzettend blij mee.

Onder de indruk nemen we afscheid van Celia en Lloyd; een ontzettend waardevolle ervaring rijker. Een bezoek dat je beeld op onze rijkdom verandert.

Kijk even naar de foto’s en filmpjes over deze bijzondere ochtend, zodat je een beetje een beeld kan vormen over wat gezien hebben.

Morgen weer een hele andere activiteit. Dan gaan we naar het Addo Elephant Park, hier vlakbij. Toch nog weer een beetje safari proeven.

Tot later!

ps, de antibiotica slaat aan bij Rutger en ook de pijnstillers doen hun werk. Met een dag of 2 zal hij weer redelijk de oude zijn.

Foto’s

1 Reactie

  1. Joop en Truus:
    17 augustus 2018
    Hallo reizigers, wat een belevenis. Wat een ervaring en inderdaad wat voel je je dan rijk.
    Geweldig om te zien al die kindjes. Het is zo leuk om met hen allerlei spelletjes te doen.
    Onze ervaring is dat ze het geweldig vinden. Deze dag is een topper lijkt mij.
    fijn dat het met de keelontsteking beter gaat. Nog een heel fijne week, wat gaat de tijd hard he. Geniet van alles, Joop en Truus.